Primaire osteoporose
Brozer wordend skelet met verhoogde kans op botbreuken zonder onderliggende ziekten, vaak genetisch bepaald en/ of samenhangend met de voortschrijdende leeftijd.
Secundaire osteoporose
Verminderde botsterkte waardoor er een grotere kans bestaat op botbreuken.
Oorzaken: vitamine D tekort, schildklieraandoeningen, bijschildklieraandoening, anorexie, alkoholisme, lactosedeficientie, coeliakie, diabetes mellitus, hypogonadisme ( tekort aan testosteron ). Medicijnen: prednison, antiepileptica, etc.
Osteomalacie
Langdurig gebrek aan Vitamine D. vaak als gevolg van onvoldoende blootstelling aan zonlicht.
Diagnose: laag Vitamine D in het bloed.
Behandeling: Vitamine D aanvullen ( tabletten, drank).
Klinische verschijnselen zijn botpijnen, spierzwakte en botbreuken.
Ziekte van Paget
Chronische botziekte die de botstructuur nadelig beïnvloed waardoor het er plaatselijk misvormingen van de botten kunnen ontstaan. Er kunnen zenuwen bekneld raken, gewrichten beschadigd worden en botbreuken ontstaan. Meestal blijft de aandoening onopgemerkt en is een toevalsbevinding op een röntgenfoto. In het bloed is het alkalische fosfatase verhoogd.
De ziekte van Paget kan met bisfosfonaten worden behandeld.
Symptomen: misvormde pijnlijke beenderen en soms pijn in een gewricht. Doofheid en evenwichtsstoornissen wanneer de hersenzenuwen worden bekneld.
Osteonecrose
Osteonecrose betekent celdood in bot, beenmerg en botweefsel. Het wordt meestal veroorzaakt door verminderde bloedtoevoer. Daarom wordt ook gesproken over “avasculaire botnecrose” of “aseptische botnecrose”.
Bekende plaatsen zijn de heupkop, schouderkop, onderste deel van het dijbeen, kleine beenderen van pols en voeten.
Risicofactoren zijn prednison-gebruik ( langdurig hogere dosis) en alcoholisme.
Diagnose: röntgenfoto en MRI scan.
Behandeling: chirurgisch afhankelijk van de ernst van de afwijking.
Symptomen: aspecifieke pijn.